Stichting Hermitage aan de Amstel

Cultuureducatie
Aangevraagd: € 250.000
Toegekend: € 0

Inleiding

De Hermitage Amsterdam wil inspireren, verrijken en reflectie bieden met kunst en geschiedenis. Met wisselende tentoonstellingen wordt het werelderfgoed uit de State Hermitage in Sint-Petersburg ontsloten voor het Nederlandse en internationale publiek. Voor het bieden van kunstonderwijs aan kinderen is De Hermitage voor Kinderen ontwikkeld, waarop deze aanvraag is gericht. Hermitage voor Kinderen biedt sinds zes jaar ieder kind de mogelijkheid zijn of haar artistieke vaardigheid en talent te ontwikkelen. In een talentenprogramma volgen jaarlijks honderden kinderen meerjarig kunstonderwijs.

In de periode 2017-2020 wil De Hermitage voor Kinderen haar kunstonderwijsprogramma continueren, door in vier jaar tijd 40.000 kinderen uit alle stadsdelen van de stad te bereiken en honderden gescoute talenten op te leiden in een meerjarig programma. Met een tentoonstellingsaanbod wil de organisatie de Amsterdamse jeugd kennis laten maken met mondiale topstukken uit de kunstgeschiedenis, leren hun creativiteit te benutten en maken kans om geselecteerd te worden als talent. De Hermitage voor Kinderen stelt het grootste gratis kunstonderwijsprogramma voor schoolgaande jeugd in groot Amsterdam te zijn. Recent onderzoek heeft volgens de aanvrager aangetoond dat De Hermitage het enige museum is dat een meerjarig talentontwikkelingsprogramma heeft en aan talentscouting doet op basis van sociale inclusie. De organisatie deelt graag kennis en probeert kennis over te dragen aan andere culturele instellingen in Nederland.

De beoogde activiteiten voor 2017-2020 zijn:

   - Hermitage School. Leerlingen van de groepen 4, 5 en 6 in het primair onderwijs bezoeken na een voorbereidende les in de klas één keer per schooljaar een tentoonstelling in de Hermitage Amsterdam. Ze krijgen op een interactieve manier uitleg over de kunstwerken en gaan vervolgens in de ateliers onder begeleiding van kunstdocenten aan de slag met wat ze in de tentoonstelling gezien en geleerd hebben. Het totale jaarlijks bereik is 10.000 leerlingen.

   - Hermitage Atelier. Tijdens de Hermitage School middels stille observatie gescoute talentvolle leerlingen volgen, verspreid over anderhalf jaar vijftien atelierlessen in het weekend. Het totale jaarlijks bereik is 90 leerlingen.

   - Hermitage Academie. Leerlingen van het Hermitage Atelier kunnen doorstromen naar het vervolgprogramma van de Academie van 36 lessen, in blokken verspreid over drie jaar. Dit programma heeft een cognitief (kunst- en cultuurgeschiedenis), een creatief (workshops) en een associatief element (bezoek aan andere tentoonstellingen, restauratoren enzovoorts). Het totale jaarlijks bereik is 150 leerlingen.

Bij het AFK wordt in het kader van het Kunstenplan voor de periode 2017-2020 een jaarlijkse bijdrage van € 250.000 aangevraagd.

Artistiek-inhoudelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de artistiek-inhoudelijke kwaliteit als ruim voldoende. De artistieke visie is helder geformuleerd. De Hermitage Amsterdam vindt dat wie de kunstschatten van het verleden toont, ook oog moet hebben voor de generaties die nu opgroeien. Het uitgangspunt dat ieder kind recht heeft op ontdekking van zijn artistieke talent, wordt duidelijk vertaald naar een drieledig kunstonderwijsprogramma. De visie op cultuureducatie vindt de commissie echter mager. Uit het plan spreekt weinig actuele kennis van recente ontwikkelingen in het cultuuronderwijs. Zo wordt gesteld dat er op basisscholen door bezuinigingen lang niet altijd ruimte voor kunst en cultuur is. Dit lijkt deels voorbij te gaan aan de invoering van het basispakket Kunst- en Cultuureducatie de afgelopen jaren. Juist in het basisonderwijs is er momenteel veel aandacht voor kunst en cultuur. Rijks- en gemeentelijke middelen worden ingezet om de kwaliteit van cultuuronderwijs te versterken. In de aanvraag ontbreekt een kritische reflectie op de eigen positie en de rol binnen het veld van cultuureducatie. Dit geldt ook voor de verhouding van het aanbod tot het eerdergenoemde basispakket Kunst- en Cultuureducatie.

De Hermitage voor Kinderen onderscheidt zich door klassiek kunstonderwijs te bieden, met de internationale canon als referentie. Ingegeven door de eigen collectie, maken leerlingen kennis met grote meesters, landschappen, portretten en taferelen uit de geschiedenis. Het programma schenkt met een doorgaande lijn van kennismaken tot bekwamen goede aandacht aan de (talent)ontwikkeling en volgt de leerlingen op de lange termijn. Naar mening van de commissie had daarbij echter meer aandacht besteed kunnen worden aan een visie op talentontwikkeling, de formulering van doelstellingen en een omschrijving van de voor het programma kenmerkende methodieken. Volgens het plan zijn de docenten in staat methodieken te kiezen die aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen en de diversiteit van de groep. De docenten zijn ervaren en gekwalificeerd, als docent en als kunstenaar. De commissie is dan ook overtuigd van het vakmanschap waarmee het programma wordt uitgevoerd. Door de summiere uitwerking van het onderdeel Hermitage School, is de zeggingskracht van specifiek deze programmering voor de beoogde deelnemers moeilijk te beoordelen. De commissie is daarbij niet overtuigd van de onderscheidende waarde van dit onderdeel, doordat er meerdere musea in de stad zijn die met een voorbeeldles, museumbezoek en uitvoerende opdracht werken.

Zakelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de zakelijke kwaliteit als zwak. Een groot deel van de lasten bestaat uit de toerekening van kosten die binnen de Hermitage worden gemaakt voor het organiseren van de tentoonstellingen. Deze hoge kosten worden nauwelijks onderbouwd of gespecificeerd. Tegelijkertijd berekent de Hermitage entreegelden door voor de leerlingen, ter compensatie van de gederfde inkomsten. Dit terwijl er geen publieksinkomsten tegenover staan. De Hermitage Amsterdam stelt een uitstekend voorbeeld van cultureel ondernemerschap te zijn. Met betrekking tot het hoge eigen inkomstenpercentage en de volledige onafhankelijkheid van rijkssteun of gemeentelijke bijdragen deelt de commissie deze mening. De keuze voor gratis aanbod wordt in het plan onderbouwd, maar het feit dat er geen publieksinkomsten worden geworven, vindt de commissie minder ondernemend. Zij vraagt zich af waarom andere mogelijkheden, in plaats van subsidiëring, in het plan nauwelijks onderzocht of overwogen worden. Mogelijke voorbeelden hiervan zijn het vragen van een bijdrage per leerling naar draagkracht van ouders voor het buitenschoolse aanbod, of een beurs of bijdrage van het Jeugdcultuurfonds voor leerlingen wiens ouders in het geheel niet bij kunnen dragen. Ook ziet de commissie niet beargumenteerd waarom de vouchergelden van de scholen niet aangesproken worden. Het meerjarig ondersteunen van gratis aanbod in het Kunstenplan stuit naar mening van de commissie op grote bezwaren met betrekking tot de concurrentiepositie ten opzichte van collega-aanbieders. Het streng beoordelen op publieksinkomsten van de een en het ondersteunen van gratis aanbod van de ander, terwijl niet alle mogelijkheden voor verhoging van de eigen inkomsten onderzocht of onderbouwd zijn, creëert een ongelijk speelveld. Dit weegt voor de commissie zwaar.

De kostprijs van Hermitage Atelier en Hermitage Academie vindt de commissie bijzonder hoog. De commissie concludeert dat de ingediende aanvraag voor een hoge AFK-bijdrage van € 250.000 per jaar voor de periode 2017-2020 niet voldoende wordt onderbouwd. Voor dit bedrag zouden 2.083 kinderen het programma kunnen volgen; waarom dit bereik tot op heden zonder subsidie kon worden gerealiseerd, en vanaf 2017 niet meer, blijft voor de commissie onduidelijk.

De organisatie volgt de Governance Code Cultuur, maar heeft geen concrete visie en aanpak geformuleerd op de culturele diversiteit van het personeelsbestand en het toezicht.

Publiek

De commissie beoordeelt het criterium publiek als goed. Er is een visie op en aanpak voor het bereiken en vasthouden van leerlingen. Jaarlijks bereikt De Hermitage voor Kinderen 10.000 kinderen uit de groepen vier, vijf en zes van het primair onderwijs in alle stadsdelen. Dit vindt de commissie een goed en stabiel bereik. De organisatie streeft naar sociale inclusie, en bereikt een cultureel divers deelnemerspubliek. Ook de verbinding die de organisatie legt tussen het binnenschools kennismaken en de buitenschoolse talentontwikkeling overtuigt. Met deze buitenschoolse doelgroep wordt daarbij een meerjarige relatie opgebouwd. Selectie van de paar honderd kinderen die jaarlijks deze buitenschoolse trajecten volgen, gebeurt via de methode van stille observatie tijdens het kennismakingsaanbod. Hierbij observeert de docent/kunstenaar of er bijzondere talenten in de groep zitten. De commissie heeft haar bedenkingen bij het, in de korte contacttijd van dit bezoek, moeten inschatten van wie talentvol is binnen een volledige klassengroep. De commissie had graag een evaluatie teruggezien, waaruit blijkt of de methode van stille observatie bewezen effectief is in het bereiken van de beoogde doelgroepselectie.

Uit de aanvraag wordt niet duidelijk of er ook geïnteresseerde, niet-geselecteerde kinderen van het buitenschoolse aanbod gebruik kunnen maken. Dit zou een naar mening van de commissie een interessante aanvulling op het bereik kunnen zijn.

Belang voor de stad: verbinding en spreiding

De commissie beoordeelt de verbinding als zwak. Hoewel in het aanvraagformulier wordt gesteld dat de organisatie graag kennis deelt met andere culturele instellingen, spreekt uit het plan weinig samenwerking met deze - en andere - instellingen. Er worden nauwelijks coalitiepartners genoemd, en waar ze wel genoemd worden, zoals Cordaan, wordt dit niet nader uitgewerkt of toegelicht. Dit schetst naar mening van de commissie een beeld van een autonoom opererende organisatie. Er lijkt geen contact te zijn met aanbieders van beeldend cultuureducatieaanbod in de wijken, ter doorverwijzing van geïnteresseerd geraakte leerlingen of voor leerlingen die de stap richting het centrum niet kunnen maken.

De spreiding beoordeelt de commissie als zwak. Hoewel de kinderen uit alle Amsterdamse stadsdelen komen, vinden alle activiteiten en bezoeken in stadsdeel Centrum plaats.

Conclusie

De commissie adviseert de aanvraag van Stichting Hermitage aan de Amstel niet te honoreren.