Theatergroep Flint

Letteren
Aangevraagd: € 135.611
Toegekend: € 0

Inleiding

Theatergroep Flint verenigt hoge en lage cultuur, door muziektheater op basis van poëzie en liederen te brengen. Zij beoogt poëzie een prominente plek te geven in de huidige maatschappij, door er op een laagdrempelige manier zo veel mogelijk mensen uit Amsterdam en de rest van het land mee in aanraking te laten komen. Gestart als de Gebroeders Flint in de jaren tachtig, ontwikkelde het initiatief zich steeds meer in literair muziektheater; in de vroege periode op basis van teksten van schrijvers als Thomas en Cocteau en in de jaren negentig op teksten van onder andere Slauerhoff, van Ostaijen en Nescio. Vanaf 2000 ging het ensemble van spelers en muzikanten, onder leiding van medeoprichter Felix Strategier, verder onder de naam Theatergroep Flint. Er werd een tweeledige basis uitgebouwd: programma’s op basis van literatuur poëzie en proza, en op basis van door de jaren heen overgeleverde liederen met een zekere literaire kwaliteit, de zogenaamde ‘Ouwe Meuk’.

In kunstenplanperiode 2017-2020 wil Theatergroep Flint haar positie in de markt van literair muziektheater verder ontwikkelen met onder andere jaarlijks een nieuwe voorstelling, reprises en nieuwe projecten. De organisatie stelt zich ten doel het eigen merk te versterken, de continuïteit - ook financieel - te waarborgen, het publieksbereik te vergroten en de organisatie te perfectioneren. Om de literaire muziektheatertraditie ook na 2020 voort te zetten, wordt het reeds in gang gezette proces - waarin Flint jonge makers, muzikanten, dichters, beeldend kunstenaars en theatermakers zoekt en opleidt - verder uitgebouwd. De groep is verbonden met Amsterdam en met name met Theater de Roode Bioscoop, waar diverse genres en stijlen zowel parallel lopen als zich vermengen.

Dit vertaalt zich voor 2017-2020 naar een programmering met de nieuwe producties: Het lied van de vlakte (voorjaar 2017, tekst Lisa de Rooij), een multimediale voorstelling rondom Lucebert (najaar 2017), een multimediale voorstelling rondom Hugo Claus (najaar 2018/winter 2019) en ’n Zomerreis (voorjaar 2020, nieuw werk van Boudewijn Rikmenspoel). Het betreft jaarlijks 25 voorstellingen van de nieuwe productie in Amsterdam en 20 erbuiten. Daarnaast zijn er de doorlopende projecten: ’n Pikketanissie (jaarlijks 7x), Als ik nog eens word geboren (jaarlijks 4x), De Poëzie-Express (jaarlijks 5x op scholen en 5x in het huiskamercircuit), Café Rosso (jaarlijks 35x), en mogelijk buitenlandse optredens.

Theatergroep Flint is in de periode 2013-2016 opgenomen in het Kunstenplan van de gemeente Amsterdam voor een bedrag van € 59.940 per jaar. Voor de periode 2017-2020 wordt bij het AFK een gemiddelde jaarlijkse bijdrage van € 135.611 gevraagd.

Artistiek-inhoudelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de artistiek-inhoudelijke kwaliteit als voldoende. De artistieke visie en missie van Theatergroep Flint zijn in de aanvraag duidelijk geformuleerd. Op enkele hoofdaspecten van deze visie heeft, naar mening van de commissie, echter de afgelopen jaren in het Amsterdamse letteren en theaterveld een ontwikkeling plaatsgevonden die zij onvoldoende terugleest in het ondernemingsplan. Daarbij denkt de commissie aan aspecten als het toegankelijk maken van literatuur voor een breed publiek, die van haar heiligheid ontdoen, en het verenigen van hoge en lage cultuur. Poëzie ontwikkelt zich als een toegankelijker kunstvorm die steeds dichter bij het publiek staat. Er is aandacht voor in De Wereld Draait Door en op festivals als Lowlands. Het aantal poetry slams en spoken word performances is fors toegenomen. Crossovers in wisselende combinaties tussen jazz, klassieke muziek, dichtkunst, jonge makers en volkszangers zijn inmiddels minder uniek dan tien jaar geleden. In dit opzicht is Theatergroep Flint dus minder onderscheidend dan voorheen. 
In Amsterdam zijn: SLAA, Perdu, Circus Treurdier, De Nieuwe Liefde en School der Poëzie als producent, maker, podium of op andere wijze ook actief op het gebied van poëzie. De commissie mist een duidelijke, actuele positionering van Theatergroep Flint binnen de Amsterdamse culturele sector. De lange traditie van literair muziektheater Theatergroep Flint toont een overtuigend vakmanschap van muzikanten en dichters. De commissie acht de groep onderscheidend met een consistente kwaliteit en dramaturgische vorm. Door een herkenbaar artistiek-inhoudelijk profiel, weet het publiek wat het kan verwachten. Dit maakt de zeggingskracht voor het vaste publiek goed. De commissie ziet in de voorgenomen producties echter nog te weinig uitgewerkte nieuwe artistieke ontwikkelingen, die dit verwachtingspatroon doorbreken en zicht bieden op een breder publiek.

In de uitwerking van de plannen voor de komende vier jaar merkt de commissie op dat de nieuwe producties die gerealiseerd zullen worden - met name de eerste twee - het best worden toegelicht. Minder duidelijk is wat wordt nagestreefd met de in het plan genoemde kweekvijver van talent en hoe de organisatie de jonge artiesten gaat opleiden. Het ondernemingsplan stelt dat dit door deelname aan het project de Poëzie-Express gebeurt en door deelname aan Café Rosso. Dit is naar mening van de commissie in deze uitwerking geen talentontwikkelingstraject. De namen van dichters, die voor het programma Café Rosso genoemd worden, vindt de commissie daarbij niet verrassend. Zij zijn al langer betrokken bij de groep. Om interessante nieuwe en bestaande concepten met elkaar te verbinden, mist de commissie een overkoepelende visie of focus, die de samenhang richting een ontwikkeling op de lange termijn verwoordt. Door het gebrek hieraan, heeft de aanvraag een meer projectmatig dan structureel karakter. Er wordt gesteld dat de traditie overgedragen zal worden en er is een opvolger die de taken van de huidige artistiek leider vanaf 2020 stapsgewijs zal overnemen, maar deze komt in het plan niet aan het woord.

Zakelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de zakelijke kwaliteit als voldoende. De begroting oogt gedegen en is haalbaar. Het valt de commissie op dat deze gebaseerd is op het activiteitenniveau van 2014 en dat de begroting constant blijft voor de periode 2017-2020. Er zijn geen fluctuaties doorberekend ten gevolge van de verschillende typen voorstellingen die gerealiseerd zullen worden. Er wordt geen toename van het publiek verwacht die tot hogere eigen inkomsten leidt. Naar mening van de commissie spreekt hieruit geen realistisch verband tussen beleid en begroting. De commissie vindt in het plan niet terug hoe de multimediale voorstelling rondom Lucebert in begroting verschilt van de mogelijke reisvoorstelling ’n Zomerreis.

De aanvrager werkt volgens de Governance Code Cultuur met een bestuursmodel, en deelt dit bestuur met de Roode Bioscoop. De intensieve samenwerking met de Roode Bioscoop levert efficiënte besparingen op in salaris-, apparaats- en kantoorkosten. In combinatie met het gedeelde bestuur, de personele link met Bureau Merkwaardig en de onder artistieke kwaliteit genoemde argumenten, ziet de commissie echter ook een gevaar voor te grote verwevenheid met de Roode Bioscoop en Bureau Merkwaardig. De Amsterdamse publieksinkomsten komen volgens de begroting alleen voort uit de jaarlijkse 25 speelbeurten van de nieuwe voorstelling in de stad. In het plan of de begroting wordt onvoldoende onderbouwd waarom er geen inkomsten zijn opgenomen uit de reprises en doorlopende projecten. Er zijn geen inkomsten uit private middelen. Het in het kader van het Kunstenplan 2017-2020 bij het AFK aangevraagde subsidiebedrag staat, ten opzichte van het totaal aan begrote subsidies, niet in verhouding tot het percentage activiteiten en het publieksbereik in Amsterdam.

De grote verschillen tussen de begroting en realisatie in 2013 en 2014 zijn grotendeels te verklaren door ziekte van de artistiek leider, die niet vervangbaar bleek. Dit toont aan dat de organisatie kwetsbaar is. Een concreet plan om dit in de toekomst te ondervangen ontbreekt. De verhoudingsgewijs lage vaste kosten beperken de financiële risico’s enigszins, maar het eigen vermogen is ten opzichte van de vaste kosten niet erg hoog, wat de opvang van financiële tegenslag bemoeilijkt.

Hoewel Theatergroep Flint samenwerkt met muzikanten als Nelson Latif, Ramon Valle en Sean Bergin, mist de commissie een duidelijke visie op en bijbehorend plan van aanpak voor de diversiteit van het personeelsbestand en bestuur. Haar valt daarbij op dat - ondanks de opmerking in het plan dat vrouwelijke medewerkers niet op afstand gehouden worden - de man-vrouwverhouding binnen de organisatie in het artiestenbestand sterk uit balans is, en de gemiddelde leeftijd hoog is.

Publiek

De commissie beoordeelt het criterium publiek als voldoende. Theatergroep Flint heeft een zeer trouwe achterban, bestaande uit vrienden en liefhebbers. Zij kent deze goed en weet hen overtuigend vast te houden. Dit publieksbereik concentreert zich met name rond de Roode Bioscoop. Deze vaste locatie speelt een rol in het trouwe bezoek. De commissie ziet hierin echter tegelijkertijd een hindernis richting het bereik van een bredere doelgroep. Theatergroep Flint zou, naar mening van de commissie, meer dan zij nu doet naar buiten moeten treden - of letterlijk de wijken ingaan - om goede aansluiting bij de rest van het huidige brede Amsterdamse veld te houden. De theatergroep stelt in het ondernemingsplan hiertoe samenwerking te beogen met podia en gezelschappen in andere delen van de stad. Dit wordt echter nauwelijks geconcretiseerd, en vindt de commissie in de huidige uitwerking niet overtuigend.

Ondanks het bijgevoegde marketingplan, mist de commissie een overtuigende aanpak voor het bereiken van nieuwe doelgroepen. Flint zou actiever naar specifieke doelgroepen toe kunnen gaan. Lokatievoorstelling de Garagepoes in 2014 was in dit opzicht een vrij succesvolle stap richting het daadwerkelijk werven van een breder publiek. De beoogde reisvoorstelling Een Zomerreis is hier een interessant vervolg op, dat echter pas in 2020 ten uitvoer gebracht zal worden.

Theatergroep Flint lijkt de afgelopen jaren geen publieksonderzoek gedaan te hebben en niet voornemens te zijn dat in de periode 2017-2020 te doen. Het marketingplan benoemt de verschillende doelgroepen. Er is echter geen doorvertaling van dit plan naar stijgende Amsterdamse bezoekersaantallen. Met name richting de culturele diversiteit van het publiek, vindt de commissie een voortvarender en bredere aanpak ,dan nu uit het plan spreekt, noodzakelijk. Theatergroep Flint toont bewustzijn van maatschappelijke kwesties, maar heeft in het plan geen aanpak opgenomen voor het bereiken van een cultureel meer divers publiek.

Belang voor de stad: verbinding en spreiding

De commissie beoordeelt de verbinding als zwak. De samenwerking concentreert zich vooral rond de Roode Bioscoop en individuele artiesten. In het ondernemingsplan wordt aangegeven dat Theatergroep Flint de afgelopen jaren contact heeft gelegd met Amsterdamse lettereninstellingen. Dit heeft nog niet geleid tot structurele coalities. Er wordt niet onderbouwd waarom dit niet is gelukt. In de periode 2017-2020 wil de organisatie de contacten weer aanhalen, onder andere door inhoudelijke samenwerking met Perdu en De Nieuwe Liefde. Deze beoogde samenwerking wordt niet geconcretiseerd of toegelicht. In combinatie met de, in de lange bestaansgeschiedenis van Flint, slechts sporadisch gerealiseerde verbinding met het literaire veld, biedt dit de commissie weinig vertrouwen in een succesvolle realisatie ervan.

De spreiding beoordeelt de commissie als zwak. De activiteiten en bezoeken vinden voor het merendeel in stadsdeel Centrum plaats.

Conclusie

De commissie adviseert met in acht name van het bovenstaande de aanvraag van Theatergroep Flint niet te honoreren.