Perdu

Letteren
Aangevraagd: € 233.750
Toegekend: € 150.000

Inleiding

Perdu is een stichting voor poëzie en heeft als hoofddoel om de discussie en vernieuwing binnen de poëzie te stimuleren. Perdu omvat een theater waarin wekelijks verdiepende literatuurprogramma’s worden georganiseerd, een gespecialiseerde uitgeverij voor vertalingen van hedendaagse poëzie, een poëzieboekhandel met een ruim Nederlands en internationaal assortiment en biedt workshops voor beginnende schrijvers en programmamakers. 

Met haar literaire programmering beoogt Perdu vernieuwing in de poëzie zichtbaar te maken en bestaande vormen op een vernieuwende manier te presenteren. In de periode 2021-2024 maakt Perdu 45 literaire programma’s per theaterseizoen, waarvan twintig in samenwerking met partners. Nieuw sinds 2019 is de maandelijkse podcast De Verloren Tijd, geproduceerd en opgenomen in Perdu en opgezet in samenwerking met de VPRO. Op de dagen dat Perdu geen eigen programma’s aanbiedt, wordt de zaal voor andere culturele activiteiten verhuurd. Ook in de komende vier jaar wil Perdu actief verwante organisaties aantrekken voor de externe programmering van ca. 175 dagdelen.

Op het gebied van talentontwikkeling organiseert Perdu een langdurige workshop gericht op creatief schrijven. Hieraan voegt Perdu een Engelstalige workshop toe. Een derde langlopende workshop zal zich richten op voordrachtskunst en het presenteren van poëzie op een podium. Naast langlopende cursussen zijn er verschillende eendaagse workshops voor (beginnende) schrijvers. Vanuit de uitgeverij wordt de reeds bestaande Sporenreeks voortgezet, met een focus op de vertaling van werk van niet-westerse dichters. Daarnaast wordt een nieuwe reeks publicaties uitgebracht gericht op jonge, ongepubliceerde, talentvolle dichters. Met betrekking tot de poëzieboekhandel blijft Perdu samenwerken met diverse podia in Amsterdam, met landelijke literaire festivals en programma’s voor de boekverkoop.

Perdu ontvangt een vierjarige subsidie 2017-2020 binnen het Kunstenplan van € 169.747 per jaar (incl. indexatie 2020). 
Voor de periode 2021-2024 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld 
€ 233.750 per jaar in het kader van het Kunstenplan.


Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als goed.
De combinatie van het podium, de gespecialiseerde uitgeverij, de poëzieboekhandel en de talentontwikkelingsactiviteiten geeft Perdu naar oordeel van de commissie een heldere artistieke signatuur en maakt dat zij al decennialang een belangrijke plek in het letterenveld inneemt. Sterk aan de eigen programma’s van Perdu vindt de commissie dat makers niet alleen gepubliceerde teksten voordragen, maar gevraagd worden om nieuwe creaties, experiment en interactie met het publiek. Deze aanpak vindt de commissie prikkelend en zorgt voor vernieuwing binnen de poëzie en voor aansluiting bij het publiek. Dat Perdu tegen schappelijke tarieven haar ruimte beschikbaar stelt voor literaire en filosofische gastprogrammeringen vindt de commissie waardevol. Hiermee biedt de organisatie ruimte aan kleinschalige initiatieven en verstevigt zij de rol van literair podium. De uitgeverij voorziet in een belangrijke niche, en de boekhandel blijkt naast een waardevolle inhoudelijke bijdrage ook een goede extra inkomstenbron. 

Perdu kent een specialistisch publiek. De beschreven doelgroepen typeren dat goed: de vaste achterban, de vakgenoten en de literatuurliefhebber en student als incidentele bezoekers. De commissie is van mening dat de artistieke betekenis van Perdu voor dit specialistische publiek groot is. Perdu is een van de weinige plekken waar (inter)nationale poëzie als op zichzelf staand en volwaardig genre wordt behandeld, en waar beginnende en buitenlandse dichters hun werk kunnen toetsen, slijpen en presenteren. Er is veel aandacht voor literaire actualiteit en door het presenteren van nieuw talent vervult Perdu een gidsfunctie binnen het veld. Ook de in 2019 gestarte podcast vindt de commissie een mooie nieuwe toevoeging aan de activiteiten. Deze podcast heeft net als veel van de programma’s van Perdu een hoog instapniveau, en is daarmee met name interessant voor het gespecialiseerde publiek. 
Perdu geeft aan een nieuw en breder publiek te willen aanspreken maar een omschrijving van dat publiek ontbreekt in het plan. Hierdoor is de artistieke betekenis voor dit nieuwe publiek moeilijk te beoordelen, vindt de commissie. De organisatie wil vooral met de coproducties inzetten op het bereiken van nieuwe doelgroepen. Hiervoor zijn een aantal inhoudelijke pijlers geformuleerd. De commissie mist echter voorbeelden van wat voor programma’s Perdu met de daarbij beoogde samenwerkingspartners wil gaan maken en een koppeling aan specifieke doelgroepen.  

Perdu is constant in het type activiteiten dat ze ontplooit en in de werkwijze door de jaren heen. Er heeft in 2017 een directiewissel plaatsgevonden, maar dit heeft geen invloed gehad op de koers van de organisatie. Het valt de commissie op dat de geformuleerde ontwikkelpijlers op het gebied van interdisciplinariteit, internationalisering en diversiteit dezelfde zijn als vier jaar geleden. De commissie ziet dat Perdu op deze gebieden een aantal goede stappen heeft gemaakt. Zo heeft de organisatie in de afgelopen jaren een groot aantal internationale dichters geprogrammeerd en vindt de commissie programma’s als Onze*Tori, Clarities en The Worlds and Works of Janelle Monáe mooie voorbeelden van interdisciplinaire en cultureel diverse programma’s. De commissie mist reflectie op waarom Perdu voor dezelfde ontwikkelpijlers kiest en wat de organisatie in de komende vier jaar verder wil versterken of juist aanpassen.
Met betrekking tot het ontwikkelpotentieel van de artistiek uitvoerenden zet Perdu naast workshoptrajecten voor nieuwe makers ook binnen haar eigen organisatie in op ontwikkeling. De Avondenredactie is een combinatie van ervaren en jonge programmamakers die het vak kunnen leren. Dit vindt de commissie positief, maar wel mist zij een toelichting op hoe de jonge redactieleden worden begeleid in hun professionele ontwikkeling. Ten aanzien van de mogelijkheden voor de artistieke leiding vindt de commissie het positief dat sinds 2019 een zakelijk leider is aangesteld die de directeur zal ontlasten. Hierdoor zal deze zich meer richten op de artistieke leiding van de organisatie en kan zich daardoor ook zelf op artistiek vlak verder ontwikkelen. 
 

Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als voldoende.
De commissie constateert dat Perdu binnen het literaire veld geregeld samenwerking opzoekt met andere partijen. Van maatschappelijke verbindingen buiten de sector lijkt in mindere mate sprake, al werkt de organisatie bijvoorbeeld wel samen met Stichting Secret Garden (voor LHBT-vluchtelingen) en Wereldhuis bij de werving van barvrijwilligers. Inhoudelijk geeft Perdu aan de overtuiging te hebben dat poëzie naast een artistieke, ook een sterke sociale en maatschappelijke waarde heeft. De organisatie wil naar eigen zeggen haar omgeving stimuleren deze waarden te onderzoeken; door aan publieke gesprekken over poëzie deel te nemen en bruggen te slaan tussen poëzie en de maatschappelijke werkelijkheid. Dit ziet de commissie incidenteel terug in programma’s als An Intimate Approach en Belonging to the Mess. 

Vrijwel alle activiteiten van Perdu in 2021-2024 vinden plaats in het centrum. Het plan benoemt als pijler voor samenwerking wel ‘verbinding met de wijken’, maar vult dit in door samenwerkingspartners met een sterke binding met een stadsdeel een podium te geven in Perdu. De commissie begrijpt dat Perdu graag haar eigen podium wil programmeren, maar concludeert dat de organisatie op deze manier niet bijdraagt aan de spreiding van het aanbod en publiek buiten de stadsdelen Centrum en Zuid. 

Perdu kiest voor het accent Wereldstad en heeft naar mening van de commissie haar internationale ambities overtuigend uitgewerkt in het plan. Zoals gezegd geeft Perdu internationale poëzie ruimschoots aandacht in haar activiteiten. Er worden internationale dichters uitgenodigd en geprogrammeerd, de uitgeverij specialiseert zich in internationale experimentele literatuur en ook de boekhandel heeft een groot internationaal assortiment. Een deel van de programma’s zijn Engelstalig waardoor deze toegankelijk zijn voor een internationaal publiek en er komt een Engelstalige versie van de podcast. Daarnaast werkt Perdu internationaal samen. De samenwerking met Het Poëziecentrum en Vlaams-Nederlands Huis deBuren om de uitwisseling tussen de Vlaamse en Nederlandse poëziepraktijk te vergroten, vindt de commissie van toegevoegde waarde. Perdu wil zich profileren als hét Nederlandse centrum voor internationale experimentele literaire uitwisseling. De commissie vindt dit passen in het geheel van activiteiten van Perdu en kan hier grotendeels in meegaan, maar mist wel een reflectie op de positionering die Perdu hierin wil innemen ten opzichte van Poetry International in Rotterdam. 


Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als voldoende.
De voorgenomen activiteiten liggen in lijn met wat Perdu al jaren met succes doet. De organisatie heeft een stevig netwerk opgebouwd en heeft voldoende expertise in huis. De commissie heeft dan ook vertrouwen in het realisme en de uitvoerbaarheid van de plannen. De organisatiestructuur en taakverdeling wekken een doordachte indruk. Wel vindt de commissie dat er naast het vaste team veel vrijwilligers nodig zijn voor het uitvoeren van de activiteiten. Met name de tienkoppige redactie vindt ze erg groot, nu twintig van de 45 programma’s coproducties worden die in het takenpakket van de directeur worden opgenomen. Een toelichting op de werkzaamheden en het aantal uren dat de vrijwilligers maken ontbreekt, zodat de commissie niet kan beoordelen of de voorgestelde omvang van de vrijwilligerspoule daadwerkelijk nodig is om de voorgenomen activiteiten uit te voeren.

De commissie is van mening dat Perdu een redelijk gezonde bedrijfsvoering heeft. De financiële situatie geeft voldoende basis voor de uitvoering van de plannen. Perdu bouwt naar eigen zeggen verder aan een risicoreserve waarmee zij in geval van wegvallende publieke middelen een jaar lang haar activiteiten kan voortzetten en onderwijl op zoek kan naar nieuwe inkomstenbronnen. Dit vindt de commissie verstandig, het waarborgt dat de organisatie op de middellange termijn effectief kan blijven functioneren. Echter worden de huidige reserves al deels aangesproken om de zakelijk leider sinds 2019 in dienst te kunnen nemen, en sinds dat jaar ook de vrijwilligersvergoeding te verhogen. De commissie vindt dit enerzijds getuigen van commitment en eerlijke betaling van medewerkers, maar vindt dit vanuit het oogpunt van risicobeheersing een minder verstandige keuze omdat Perdu voor het continueren ervan volledig afhankelijk is van een fors hogere subsidie van het AFK. 

De totale begroting stijgt flink ten opzichte van de periode 2017-2020, terwijl het activiteitenniveau gelijk blijft. Dit komt voor het grootste gedeelte door het in dienst nemen van de zakelijk leider en het betalen van een maximale vrijwilligersvergoeding aan de dertig vrijwilligers. De commissie vindt dit vanuit fair practice oogpunt een goede stap, maar vindt zoals eerder benoemd het grote aantal vrijwilligers onvoldoende gemotiveerd. Perdu geeft aan dat de gewenste groei in samenwerkingen zal zorgen voor een toename van productionele werkzaamheden, dit vindt de commissie niet goed onderbouwd. De beoogde stijging in publieksinkomsten vindt de commissie realistisch. Perdu heeft hierin al een stijgende trend laten zien in de afgelopen periode. Positief vindt de commissie dat er met de komst van de zakelijker leider inkomsten worden gegenereerd vanuit giften, fondsen en een nieuw vriendenbeleid. Dit zorgt voor een minder eenzijdige financieringsmix, al blijft Perdu sterk afhankelijk van de gevraagde Kunstenplansubsidie. 

De commissie is van mening dat Perdu zich op het gebied van marketing weinig vernieuwend toont. Er ontbreekt een kritische reflectie op de werking en resultaten van het marketingbeleid tot dusver. Het plan voor het bereiken van nieuw publiek overtuigt de commissie nog niet. Het plan maakt niet duidelijk welk nieuw publiek Perdu hierbij beoogt en concrete doelstellingen ontbreken op dit gebied. De nieuwe samenwerkingspartners spelen een belangrijke rol bij het bereiken van een nieuw publiek, en in het plan wordt gesteld dat van hen een belangrijke publiciteitsinspanning wordt verwacht. De commissie had echter wel graag gelezen welke afspraken hierover zijn gemaakt en hoe er op publicitair niveau wordt samengewerkt. Perdu wil haar zichtbaarheid in de stad vergroten via een poster- en flyercampagne door de hele stad. De commissie is van mening dat het experimentele en niche karakter van Perdu zich hier niet goed voor leent en mist een gesegmenteerde aanpak voor specifieke doelgroepen. Wel vindt ze het goed dat er met een nulmeting en publieksonderzoek actief inzicht verkregen gaat worden in het publiek. 


Diversiteit en inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als voldoende.
De commissie concludeert dat Perdu geen kartrekker is op het gebied van culturele diversiteit, maar ziet wel dat de organisatie op dit vlak in de afgelopen jaren een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt. De diversiteit van sprekers en thema’s binnen de programmering is toegenomen. Er wordt gewerkt met co- en gastredacteuren die gevraagd worden een programma samen te stellen met mensen uit andere netwerken dan die van de nu zittende redacteuren. Sterk daarbij vindt de commissie dat deze programma’s wel in een gezamenlijk proces met de redactie tot stand komen, zodat het eigen team blijvend artistiek kan worden beïnvloed. Voor de komende periode geeft de organisatie aan een aantal strategische inhoudelijke samenwerkingen aan te gaan die de diversiteit van de eigen programmering verder zullen vergroten. De genoemde voorbeelden van Poetry Circle Nowhere, The Alkebulan Talkshow en Dipsaus vindt de commissie passend, maar een toelichting op de manier waarop er inhoudelijk opgetrokken wordt en concrete voorbeelden van beoogde programma’s hadden de aanvraag sterker gemaakt. Goed vindt de commissie dat de uitgeverij zich in de komende jaren zal richten op vertalingen van werken buiten de westerse diaspora.

De commissie is van mening dat de bijdrage die het plan levert aan het bereiken van een cultureel divers samengesteld publiek in de stad beperkt is. Waar er wel al stappen zijn gezet in de artistieke programmering ziet de commissie dit in de publieksamenstelling nog minder terug. De organisatie is eerlijk en zelfkritisch op dit vlak. Om een diverser publieksbereik te realiseren wordt geleund op samenwerkingspartners, maar daarvoor mist de commissie zoals gezegd een beter uitgewerkt samenwerkingsplan. De in het plan opgenomen brede flyer- en postercampagne vindt de commissie voor het bereiken van een cultureel divers publiek niet overtuigen.  

Uit het Actieplan diversiteit en inclusie wordt duidelijk dat Perdu in de afgelopen periode begonnen is met een, zoals de organisatie het zelf noemt, ‘diversiteitsoffensief’. Dit heeft naar eigen zeggen geleid tot een actief en algemeen onderschreven diversiteitsbeleid dat wordt gedragen in alle niveaus van de organisatie. Dit vindt de commissie zeer positief. De commissie onderschrijft Perdu’s eigen conclusie dat er in de afgelopen periode met succes stappen zijn genomen om het bestuur en de groep actieve vrijwilligers meer divers te maken in samenstelling, maar dat er wat betreft het team van betaalde medewerkers nog een aantal slagen te maken zijn. Perdu geeft aan dat hier in alle lagen van de organisatie actief op gestuurd wordt in de werving. Hoe dit concreet wordt gedaan is niet helder, en de commissie leest niet terug of dit ook al het geval is geweest bij de recente invulling van de vacatures voor directeur en zakelijk leider. 


Conclusie

De commissie constateert dat de begroting fors stijgt bij een gelijkblijvend activiteitenniveau. De lastenverhoging als gevolg van fair practice is hoog en vindt de commissie maar ten dele legitiem. De financiële impact van het invoeren van de maximale vrijwilligersvergoeding vindt de commissie gezien het grote aantal vrijwilligers te fors. Perdu legt deze rekening bijna volledig bij het AFK, zonder kritisch te kijken naar de eigen bedrijfsvoering. Een overtuigende onderbouwing over de noodzaak van het grote aantal vrijwilligers ontbreekt. De commissie adviseert daarom om de helft van de beoogde kosten voor de vrijwilligersvergoeding te ondersteunen. De commissie adviseert op grond van bovenstaande overwegingen de aanvraag van Perdu gedeeltelijk te honoreren met een bedrag van € 208.000 per jaar. Gezien het beschikbaar budget na beoordeling van alle aanvragen binnen de adviescommissie Letteren is voor Perdu € 150.000 subsidie beschikbaar. 

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Letteren. 

Adviseur Vamba Sherif heeft niet deelgenomen aan de beraadslaging