SHARP/ArnoSchuitemaker

Dans
Aangevraagd: € 147.000
Toegekend: € 147.000

Inleiding

SHARP/ArnoSchuitemaker realiseert het werk van choreograaf en podiumkunstenaar Arno Schuitemaker. SHARP/ArnoSchuitemaker wil in het theater en op onverwachte locaties grenzen verleggen van wat de theaterervaring betekent en teweegbrengt. SHARP/ArnoSchuitemaker werkt in Amsterdam en vanuit het kantoor in de creatieve broedplaats A Lab in Noord en is zichtbaar in de stad, landelijk en internationaal. Daarbij wordt samengewerkt met kleine en grote partners, binnen en buiten de podiumkunsten.

In de komende periode wil SHARP/ArnoSchuitemaker nieuw werk maken waarin volgende uitdagingen worden gezocht en grenzen verder verlegd. In drie samenhangende en tegelijkertijd van elkaar verschillende voorstellingen wil SHARP/ArnoSchuitemaker het publiek onderdompelen in intense en poëtische werelden, waarbij artistieke uitgangspunten radicaal worden doorgevoerd. Beweging, muziek en licht moeten de ervaring van ruimte en tijd verder oprekken en het publiek laten ondergaan wat ons verbindt en samenbrengt. Naast nieuwe producties worden succesvolle producties hernomen en ‘special editions’ gemaakt: aangepaste of verkorte voorstellingsversies die spelen op onverwachte locaties.
Voor de komende periode beoogt de organisatie een aantal ontwikkelingen. SHARP/ArnoSchuitemaker wil een ervaren artistiek kernteam vormen dat goed op elkaar is ingespeeld en elkaar versterkt. Op zakelijk vlak wil de organisatie zorg dragen voor een gespreide financieringsmix waarbij er volop inzet blijft voor het verwerven van verschillende inkomstenbronnen en toewerken naar een gezond eigen vermogen. Tevens wil de organisatie het publieksbereik en de publieksbinding vergroten en een groeiend aantal speelbeurten in een mix van circuits realiseren. Tenslotte wil SHARP/ArnoSchuitemaker van grotere betekenis zijn in en voor Amsterdam en het aantal samenwerkingspartners uitbreiden en bestendigen. 

SHARP/ArnoSchuitemaker ontvangt een vierjarige subsidie 2017-2020 binnen het Kunstenplan van € 63.656 per jaar (incl. indexatie 2020). 
Voor de periode 2021-2024 vraagt de organisatie bij het AFK een bijdrage van gemiddeld 
€ 147.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan.


Artistiek belang

De commissie beoordeelt het artistiek belang als goed.
Het werk van SHARP/ArnoSchuitemaker heeft in de ogen van de commissie een herkenbare artistieke signatuur. Het gebruikte bewegingsidioom met repetitieve bewegingen onderscheidt zich volgens de commissie in de wijze waarin performers en toeschouwers worden opgezweept in een interactieve, gezamenlijke ervaring. Kenmerkend en eigen aan het werk is volgens de commissie dat het een multidisciplinair karakter heeft vanuit een totaalconcept waarin beweging, licht, muziek, digitale (video)technieken en ruimte gelijkwaardige, interacterende partners zijn. Prikkelend aan de plannen vindt de commissie dat de verschillende disciplines ook autonoom leidend kunnen zijn en muziek, licht en beweging zowel in synergie als afzonderlijk zintuiglijk te ervaren zijn. De commissie ziet in de plannen voor de producties voor komende periode wel herhaling op eerdere concepten, waardoor de commissie de beschreven producties niet zo verrassend of ideeënrijk vindt. Inhoudelijk vindt de commissie de wetenschappelijke insteek voor het werk helder omschreven en artistiek interessant. Hoe de persoonlijke levenservaringen die Schuitemaker als inspiratiebron benut om in de voorstellingen te komen tot diepgaande publiekservaring van ‘doorvoelde afstand en nabijheid, intimiteit en verlangen en míddenin de wereld en het leven staan’, vindt de commissie echter te algemeen verwoord om als origineel te kunnen aanmerken.

Voor de commissie is het evident dat het werk van Schuitemaker artistieke betekenis heeft voor het beoogde publiek. Het gebruik van de verschillende theatrale elementen levert in de praktijk een sterke, zintuiglijke ervaring op voor het publiek. De voorstellingen zijn door de gelijkwaardigheid van de disciplines gelaagd, waardoor het publiek binnen de gezamenlijke, tranceachtige setting toch een individuele ervaring heeft. De commissie heeft lof voor de wijze waarop de voorstellingen in staat zijn om het publiek in een spannende ontmoeting bij elkaar te brengen. De nieuwe plannen passen goed bij de behoefte van publiek aan gezamenlijke happenings. Het werk sluit volgens de commissie aan bij een manier van beleven die met name gangbaar is in de clubscene en daarmee bij de culturele interesses van het beoogde publiek. Een deel van zijn al geproduceerde en nog te ontwikkelen choreografieën wil Schuitemaker hergebruiken in ‘special editions’, die buiten de theatercontext gepresenteerd worden. De commissie vindt dat een passende keus. Het tijdloze karakter maakt het mogelijk om ook voor reprises een nieuw publiek te trekken dat in zijn eigen vertrouwde context een nieuwe ervaring krijgt. 

Dat Schuitemaker een stap gaat zetten in zijn artistieke ontwikkeling, blijkt volgens de commissie duidelijk uit de plannen. De artistieke ambitie om in zijn werk de verschillende disciplines nog verder te integreren en een grotere rol te geven aan de componist, aan licht en aan vormgeving bouwt voort op zijn werkwijze van voorgaande periode en is er in de ogen van de commissie een logisch vervolg op. De nadruk op licht en vormgeving versterkt de raakvlakken van het werk met beeldende kunst en de mogelijkheid om ook in museale setting voorstellingen te presenteren. 
De voorgenomen ontwikkeling behelst ook onderzoek naar de artistieke consequenties van het spelen op andere locaties dan in het theater, waarvoor van bestaande voorstellingen aangepaste of verkorte versies worden gemaakt. De maker verwacht dat hij hiermee nog sterker kan werken aan het meditatieve effect op de toeschouwer. Het maakt de commissie nieuwsgierig naar de betekenis die het gebruik van een nieuwe vorm in de ‘special editions’ zal hebben voor de artistieke ontwikkeling van Schuitemakers werk. De commissie vindt het voornemen van Schuitemaker om te experimenteren met dramaturgie en bewegingsidioom, en om samen te werken met een dramaturg, zinvol. Zeker omdat in de grote mate van abstractie en het werken vanuit de (cirkel)vorm, zonder narratief, het risico schuilt dat het werk niet blijft verrassen. In het plan is nog niet terug te lezen wat het aandeel van de dramaturg meer concreet zal zijn.


Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als voldoende.
SHARP/ArnoSchuitemaker legt tot op zekere hoogte een verbinding met de stedelijke samenleving door buiten de theatermuren te treden in de komende periode. 
SHARP/ArnoSchuitemaker richt zich sterk op een nieuwe generatie Amsterdamse bezoekers, en zoekt die op door ook te spelen op voor dit publiek vertrouwde plekken in de stad. Dat betekent dat de voorstellingen deels in een alternatief circuit gespeeld worden, waar een jong publiek uit het dancecircuit of de beeldende kunst te vinden is. Schuitemaker weet daar volgens de commissie de juiste plekken voor te vinden in de stad. Daarnaast zijn er openbare repetities en workshops in de buurt, om een inkijk te geven in de maakprocessen ofwel specifiek gericht op het laten ervaren van een voorstelling door mensen met een beperking. De commissie ziet daarmee geen concrete beschrijving van de manier waarop Schuitemaker de verbinding legt met bewoners van de stad of maatschappelijke organisaties die niet vooral gericht is op publieksbereik of publieksbinding van SHARP/ArnoSchuitemaker. 

SHARP/ArnoSchuitemaker draagt volgens de commissie overtuigend bij aan de spreiding van het aanbod en publiek in de stad. In de komende periode wordt op uiteenlopende locaties in de stad gespeeld en nieuw publiek opgezocht in alle stadsdelen behalve in Zuid en Zuidoost. Vooral met de special editions wil SHARP/ArnoSchuitemaker in een variëteit aan stadsdelen te zien zijn, waaronder West, Oost en Noord. Daarbij maakt SHARP/ArnoSchuitemaker goed gebruik van een netwerk dat geworteld is in die stadsdelen of er al een goede toegang toe heeft, met partners als het Holland Festival, Meervaart Theater, club OT301, kunstgalerie HERO en het SkateCafe, waardoor de commissie het ook reëel acht dat die activiteiten daar plaats zullen vinden. 

SHARP/ArnoSchuitemaker heeft als eigen accent gekozen voor het thema Stad van dag en nacht. De uitwerking van het thema vindt de commissie vrij summier, maar de activiteiten rond dit thema vindt de commissie origineel en passend bij de voorstellingen en het beoogde publiek van SHARP/ArnoSchuitemaker. Met de special editions wil SHARP/ArnoSchuitemaker na middernacht spelen, onder het motto ‘art after dark’. De commissie vindt daarbij lovenswaardig dat Schuitemaker op ongewone plekken zal spelen die doorgaans niet door de reguliere gezelschappen worden aangedaan. De commissie vertrouwt erop dat SHARP/ArnoSchuitemaker een dans/nachtpubliek zal kunnen bereiken via de daarbij passende locaties. 


Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als voldoende. 
De commissie vindt de plannen realistisch en uitvoerbaar. Er is vertrouwen in het vakmanschap van het team, in de combinatie van de zakelijk en artistiek leider, die goed op elkaar ingespeeld zijn. De commissie is van mening dat SHARP/ArnoSchuitemaker op artistiek en zakelijk-productioneel vlak de juiste mensen aan zich weet te binden, waardoor de organisatie afgelopen periode voldoende zakelijk-productionele deskundigheid in huis heeft gekregen om de artistieke successen bij te kunnen benen. SHARP/ArnoSchuitemaker heeft ervaring met kleine- maar ook met complexere grotezaalproducties. De nieuwe plannen bestaan uit één nieuwe voorstelling per jaar en een aantal hernemingen. Daarnaast zijn er de afgeleide special editions, die kleiner in omvang en complexiteit zijn. De keuze voor dit volume vindt de commissie verstandig en goed uitvoerbaar met de huidige artistiek en zakelijk-productionele betrokkenen. Zij heeft er vertrouwen in dat de geplande producties met de relatief kleine organisatie gerealiseerd kunnen worden. De commissie ziet daarbij wel een uitdaging in de extra buitenlandse optredens die het nodige vragen aan productiekracht, naast het geplande drukke schema in Nederland. 

De bedrijfsvoering van de organisatie geeft naar het oordeel van de commissie (nog) niet de benodigde basis om de beoogde voornemens te realiseren en de organisatie op lange termijn effectief te kunnen laten functioneren. De financiële positie is verbeterd ten opzichte van voorgaande periode maar nog niet stabiel. Er is weinig ruimte om tekorten op te vangen. De beoogde ontwikkeling van de organisatie zet de bedrijfsvoering de komende jaren onder druk. De commissie mist reflectie op de financiële consequenties van de beoogde schaalvergroting. Omdat er geen reserves zijn en een strategie ontbreekt voor tegenvallende inkomsten, maakt dat SHARP/ArnoSchuitemaker in de ogen van de commissie kwetsbaar. 
De commissie plaatst ook een kanttekening bij het plan om in grote zalen ‘toneel-op-toneel' te spelen. Omdat dit de publiekscapaciteit vermindert kan het een belemmering zijn voor programmeurs om de voorstelling te boeken. Op dat afzetrisico reflecteert de aanvraag niet, al is in de begroting wel rekening gehouden met verschillen in hoogte van baten en lasten die voortkomen uit de aard van het aanbod. 

De begroting vindt de commissie realistisch maar niet op alle onderdelen passend bij het plan. De wens om een ervaren kernteam te vormen kan de commissie zich voorstellen, maar de begroting is aan de kant van de beheerslasten onevenwichtig. De beheerslasten zijn flink gestegen ten opzichte van voorgaande periode. Dit vindt de commissie niet in verhouding in het licht van de totale begroting en de relatief kleine organisatie. 
De commissie vindt dat SHARP/ArnoSchuitemaker een bij de aard van de organisatie en activiteiten passend aandeel eigen inkomsten behaalt, met name vanuit coproductiebijdragen en private fondsen. De financieringsmix wordt echter minder divers in de loop van de jaren. Dit is verklaarbaar doordat in het laatste jaar van de komende kunstenplanperiode geen nieuwe productie wordt gerealiseerd. De commissie vindt de financieringsmix daarmee passend. 

De commissie is kritisch over de realiteitszin van het marketingplan. De beoogde doelgroepen vindt de commissie helder benoemd. SHARP/ArnoSchuitemaker wil naast het hen al bekende dans-en theaterpubliek en een breder ‘kunstminnend’ publiek, vooral millennials bereiken met interesse in beeldende kunst, media en muziek. Er ontbreekt naar de mening van de commissie echter een overkoepelende marketingstrategie om die groep te bereiken en de genoemde marketingacties zijn niet erg origineel of passend bij de voornamelijk jonge doelgroep. Opvallend vindt de commissie in dat licht dat SHARP/ArnoSchuitemaker aangeeft veel geïnvesteerd te hebben in advertenties op social media, waar deze doelgroep juist actief is, maar de commissie ziet het resultaat daarvan maar beperkt terug in meer inhoudelijke content of in een groot aantal volgers.
Met het relatief beperkte marketingbudget zullen volgens de commissie prioriteiten per doelgroep in de marketingacties nodig zijn voor de volumesprong die de organisatie wil maken. Het werven van nieuw publiek voor de alternatieve locaties vergt naar verwachting veel marketinginspanning van de twee marketeers voor totaal 0,4 fte in komende periode, terwijl SHARP/ArnoSchuitemaker ook een publiek moet trekken voor grotere zalen in theaters dan voorheen. De commissie vindt in het marketingplan niet duidelijk omschreven welke inspanningen gericht zijn op welke locaties (de bestaande speelplekken in theaters of de nieuwe locaties). De huidige benoemde partners zijn nu vooral theaters, waar SHARP/ArnoSchuitemaker al een netwerk heeft, waardoor de commissie het vertrouwen heeft dat dit beoogd publiek wordt behaald. Waar het gaat om de wens het nachtcircuit te bespelen kan SHARP/ArnoSchuitemaker nog een slag maken in de marketingacties en geschikte partners daarvoor, buiten de beoogde speellocaties. 


Diversiteit en inclusie

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als zwak.
De commissie leest in het plan niet op welke wijze SHARP/ArnoSchuitemaker specifiek zal bijdragen aan de culturele diversiteit van het cultuuraanbod in Amsterdam.
De commissie herkent in het werk van SHARP/ArnoSchuitemaker een androgyne, moderne, kosmopolitische uitstraling, waarbij Schuitemaker verbinding teweeg brengt vanuit een gevoel van gelijkwaardigheid. Schuitemaker wil in zijn werk een eigen universum scheppen waarin het publiek de waan van de dag kan vergeten en mee kan gaan in het moment, en in de gezamenlijke ervaring. Het werk van Schuitemaker geeft in die zin een verbindende, universele boodschap, maar er is in het plan geen uitwerking van of specifieke inhoudelijke focus op culturele diversiteit. Hierdoor is de commissie van oordeel dat het plan in artistieke zin weinig bijdraagt aan culturele diversiteit van het Amsterdamse cultuuraanbod. 

De bijdrage aan het bereiken van een cultureel divers publiek is volgens de commissie beperkt. SHARP/ArnoSchuitemaker legt de focus voor komende periode specifiek op de doelgroep millennials. SHARP/ArnoSchuitemaker veronderstelt dat deze deels cultureel divers van samenstelling is. De commissie vindt aannemelijk dat de doelgroep van millennials bereikt wordt door de vorm van de voorstellingen en door de plekken waar gespeeld wordt, zoals in de clubscene. De commissie leest echter geen overtuigende plannen voor het bereiken van cultureel divers publiek anders dan via het spelen op deze locaties, waar een brede maar niet nader gespecificeerde doelgroep millennials zich bevindt. 

SHARP/ArnoSchuitemaker neemt zich voor met het personeel van de organisatie en het bestuur een bijdrage te leveren aan culturele diversiteit. De performers, technici en productiemedewerkers hebben verschillende culturele achtergronden. SHARP/ArnoSchuitemaker heeft een concrete doelstelling benoemd voor het aantal cultureel diverse medewerkers in cast en het uitgebreide kernteam, maar behalve het zoeken naar geschikte mensen via de samenwerkingspartijen ziet de commissie geen overtuigende aanpak om deze voornemens te realiseren. 


Conclusie

De commissie adviseert de aanvraag van SHARP/ArnoSchuitemaker te honoreren met het gevraagde subsidiebedrag van € 147.000 per jaar.

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Dans.