New Urban Collective (The Black Archives)

Erfgoed
Aangevraagd: € 200.000
Toegekend: € 200.000

Inleiding

De stichting New Urban Collective is de organisatie achter The Black Archives. The Black Archives wil verborgen geschiedenis zichtbaar maken en verdiepen. Zij organiseert vanuit een multidisciplinaire benadering exposities en activiteiten die mensen confronteren, bewust maken en verbinden. Dat doet The Black Archives door het programmeren van (beeldende) kunst, gesprekken en inhoudelijke activiteiten, en door het beheren en ontsluiten van boekcollecties, persoonlijke archieven en artefacten van zwarte schrijvers en wetenschappers. The Black Archives stelt een van de weinige organisaties te zijn binnen de Nederlandse culturele infrastructuur die zich richt op het culturele erfgoed van de Surinaamse, Caribische en Afrikaanse diaspora. 

The Black Archives ontwikkelt exposities waarin beeldende kunst en verborgen verhalen samenkomen en koppelt daaraan multidisciplinaire verdiepingsprogramma’s met debatten en andere activiteiten. Het jaar 2021 staat in het teken van Facing Blackness en belicht de verborgen geschiedenis van en beeldvorming over mensen van Afrikaanse afkomst en zwarte emancipatiebewegingen. In 2022 gaat men binnen het thema Gentrificatie in op het thuishoren in een veranderende stad en op actuele ontwikkelingen zoals verdringing op de stedelijke woningmarkt. In 2023 draait het om Zwarte Queer Perspectieven en de geschiedenis, ontwikkeling, emancipatie en erfgoed van zwarte LHBTQ-gemeenschappen. Onder de noemer Dynamiek van de Diaspora toont The Black Archives in 2024 de veelzijdigheid en diversiteit van zwarte diasporagemeenschappen.
De organisatie streeft naar toegankelijke en laagdrempelige exposities en programma’s. Makers uit de Afrikaanse diaspora en kunstenaars met affiniteit voor de missie van The Black Archives zorgen voor de vormgeving. Daarnaast richt de organisatie zich op het ontsluiten van de collectie, het ontwikkelen van educatief materiaal voor basis- en middelbare scholieren en het organiseren van rondleidingen. 

Stichting New Urban Collective ontvangt geen meerjarige subsidie binnen het Kunstenplan 2017-2020. 
Voor de periode 2021-2024 vraagt de stichting bij het AFK een bijdrage van gemiddeld 
€ 200.000 per jaar in het kader van het Kunstenplan, specifiek voor de activiteiten onder de noemer van The Black Archives.


Artistiek belang 

De commissie beoordeelt het artistiek belang als goed.
The Black Archives werkt volgens de commissie vanuit een duidelijke artistieke visie. Die wordt in sterke mate bepaald door het concept van het cultureel archief: de in een cultuur verankerde attitudes uit het koloniale verleden die racisme in stand houden. The Black Archives wil in die attitudes een verschuiving teweegbrengen. Dat doet de organisatie door vanuit een dekoloniaal perspectief naar de productie van kunst en cultuur te kijken en op die manier de Nederlandse canon te verbreden. Daarnaast is The Black Archives in zijn programmering en selectie van makers alert op de manier waarop verschillende uitsluitingsmechanismen op elkaar inwerken en elkaar versterken. Deze benadering geeft The Black Archives in de ogen van de commissie een zeer herkenbare artistieke eigenheid. Het activiteitenprogramma voor de komende jaren is gevarieerd en prikkelend doordat het erfgoed steeds verbindt aan kunst en aan uiteenlopende actuele maatschappelijke vraagstukken. Verrassend en voorbeeldig vindt de commissie de multidisciplinaire manier waarop de verhalen vanuit archiefonderzoek aan het licht gebracht worden en vervolgens artistiek vorm en uitwerking krijgen. Dat doet The Black Archives door kunstenaars uit te nodigen om met de collectie aan de slag te gaan, en aan de hand van hun producties debatten en gesprekken aan te jagen die maatschappelijk urgent zijn. Op die manier lukt het om archieven, die vaak als statisch en stoffig worden gezien, te bezielen en de verhalen die erin schuilgaan bloot te leggen. Zo maakte Patricia Kaersenhout in de voorgaande periode op basis van archiefmateriaal en oral history een reeks intergenerationele portretten die laten zien hoe elke generatie activisten op de schouders staat van voorgangers. 
Ook het programma voor de komende jaren zal op een vergelijkbare manier tot stand komen. Het ondernemingsplan benoemt de thema’s en mogelijke makers, maar de uitwerking die een en ander krijgt, ligt niet van tevoren vast. De commissie vindt dat de activistische thematiek en de kunstzinnige perspectieven op de collecties de bezoekers en deelnemers uitdagen om met andere ogen naar erfgoed en geschiedenis te kijken. De commissie stelt vast dat The Black Archives kiest voor een vrij instrumentele benadering van kunst, maar vindt dat deze keuze past binnen en bijdraagt aan de artistiek-inhoudelijke visie, waarin het toegankelijk, zichtbaar en bespreekbaar maken van zwarte geschiedenis centraal staat.

De commissie is ervan overtuigd dat wat The Black Archives doet betekenis heeft voor het beoogde publiek. The Black Archives raakt een snaar door te adresseren dat er een kloof gaapt tussen de veelkleurige bevolking van Nederland en het overwegend witte en westerse culturele aanbod in Nederland. The Black Archives voorziet in de behoefte aan culturele (h)erkenning van Nederlanders met een achtergrond in de Surinaamse, Caribische en Afrikaanse diaspora, omdat hun erfgoed en verhalen hier een stem en een podium krijgen. De organisatie richt zich op een zeer breed publiek van urban jeugd en young professionals, kunst- en cultuurliefhebbers, leerlingen van het primair, voortgezet en hoger onderwijs, ouderen, toeristen en expats. De commissie weet uit eigen ervaring dat veel activiteiten in de afgelopen periode uitverkocht waren en een gemêleerd publiek trokken, zowel qua afkomst als qua leeftijd. Op basis daarvan stelt zij vast dat de organisatie uiteenlopende doelgroepen weet te bereiken. 
De invulling van het hoofdprogramma, met de presentatie van kunstenaars in een context van actuele thema’s, is vooral gericht op jongeren en het hedendaagse kunstpubliek. De thematiek is gevarieerd en actueel, zodat de commissie verwacht dat de programmering uiteenlopende groepen aan zal spreken. Het randprogramma van lezingen, gesprekken, debatten en educatie-activiteiten sluit aan op de interesses van specifieke communities zoals (zwarte) LHBTQ+ en Afrikaanse diasporagemeenschappen, omdat hun erfgoed en geschiedenissen onderwerp zijn van de programmering. Vanwege de actualiteit en urgentie van de gekozen thema’s is de commissie ervan overtuigd dat die ook aansluiten bij de interesses van een breed historisch-maatschappelijk geëngageerd publiek. Het ondernemingsplan noemt als doelgroepen ook toeristen, expats en 55+’ers, maar maakt niet inzichtelijk hoe The Black Archives voor deze specifieke groepen artistiek-inhoudelijk van betekenis denkt te zijn.

The Black Archives is opgericht in 2015 en heeft zich de afgelopen jaren artistiek bewonderenswaardig goed ontwikkeld. De toekenning in 2018 van de Amsterdamprijs voor de Kunst markeerde de brede waardering van die prestatie. Het ondernemingsplan zet in op een professionaliseringsslag en op een verdere verdieping en ontwikkeling van de werkwijze, met name op het gebied van tentoonstellingen. De commissie vindt dat het plan duidelijk beschrijft hoe dat wordt aangepakt. Zo wil men een artistiek leider aanstellen en naast het kernteam gebruik gaan maken van wisselende curatoren. Op deze manier biedt het plan ook ontwikkelingsruimte voor medewerkers en makers. De commissie is positief over de inhoudelijke verbreding die het programma voor de komende jaren laat zien. Waar voorheen de aandacht vrij exclusief gericht was op de Surinaams-Afrikaanse gemeenschap, besteedt het programma de komende jaren ook aandacht aan andere Afrikaanse diasporagemeenschappen en aan de zwarte queer community.


Belang voor de stad

De commissie beoordeelt het belang voor de stad als goed. 
The Black Archives is volgens de commissie sterk verbonden met de stedelijke samenleving. Samen met moederorganisatie New Urban Collective zet The Black Archives kunst en erfgoed mede in om maatschappelijke veranderingen tot stand te brengen. De oprichting van de instelling en het opbouwen van de archiefcollectie zijn op zichzelf al reacties op misstanden in de samenleving. De organisatie stelt in de programmering urgente en actuele thema’s aan de orde zoals racisme, discriminatie, genderongelijkheid en gentrificatie. 
The Black Archives is ontstaan vanuit de Surinaamse gemeenschap en heeft nauwe banden met daaraan verbonden maatschappelijke organisaties. De vestiging in het gebouw van Vereniging Ons Suriname onderstreept de verbinding met de Surinaamse gemeenschap. In het ondernemingsplan is sprake van langdurige samenwerkingen met tal van andere culturele en maatschappelijke partners zoals het Tropenmuseum, Well Made Productions, FunX, De Correspondent en OBA. Hiermee wil de organisatie haar slagkracht en impact versterken. De aanvraag bevat echter geen intentieverklaringen van de beoogde samenwerkingspartners, waardoor de commissie geen goed beeld krijgt van de aard en betekenis van al deze partnerschappen. Samenwerking in de afgelopen jaren was veelal incidenteel en projectgebonden, maar daarom niet minder waardevol. De commissie is van mening dat structurele samenwerkingen de inbedding in de stad nog verder kunnen versterken.

De commissie vindt het ondernemingsplan weinig concreet op het punt van de stedelijke spreiding van het cultuuraanbod, maar is van oordeel dat het plan wel laat zien dat The Black Archives daar een bijdrage levert. Uitvalsbasis van The Black Archives is de locatie in Oost. Daarnaast wordt ook elders in de stad gewerkt aan projecten en activiteiten. In samenwerking met Pakhuis de Zwijger organiseert The Black Archives publieksevenementen in (de stadsdelen) Zuidoost en Nieuw-West en een pop-up expositie in Zuidoost. Het is niet duidelijk op welke programma’s deze activiteiten aansluiten, voor wie ze bestemd zijn en met welk doel ze georganiseerd worden. Met Well Made Productions worden in niet nader genoemde wijken verhalen verzameld van verschillende generaties buurtgenoten, waarmee de veranderingen in de wijken worden gedocumenteerd. 

Met zijn ondernemingsplan sluit The Black Archives aan op het thema Leefbare stad als een van de bepalende langetermijnontwikkelingen in de stad. De commissie vindt dat een passende keuze gezien de artistieke visie en is van mening dat het ondernemingsplan daaraan een overtuigende uitwerking geeft. De bijdrage die de organisatie aan de leefbaarheid van de stad denkt te kunnen leveren, ligt met name op het gebied van sociale cohesie. The Black Archives merkt daarover op dat het leven in een stad zonder etnische meerderheid maar vol van verschillende minderheden, behalve culturele rijkdom ook spanningen met zich mee kan brengen. De commissie vindt dat de organisatie die spanningen op een goede manier bespreekbaar maakt. Zij vindt het waardevol dat de organisatie zich daarbij niet alleen richt op de eigen achterban maar bredere doelgroepen wil bereiken zodat er dialoog kan ontstaan tussen verschillende groepen in de samenleving. Veel waardering heeft de commissie voor het feit dat de organisatie ook andere culturele en erfgoedinstellingen aanzet tot nadenken over het eigen functioneren met erkenning van diversiteit en verborgen geschiedenis. 


Uitvoerbaarheid

De commissie beoordeelt de uitvoerbaarheid als zwak.
De commissie heeft twijfels bij de uitvoerbaarheid en de realiteitszin van het ondernemingsplan. The Black Archives heeft een ambitieus plan geschreven dat uitgaat van een uitgebreid publieksprogramma met een jaarlijks wisselend thema. Dat is voor de kleine en overbelaste organisatie een grote opgave. De organisatie heeft in de afgelopen periode echter laten zien tot veel in staat te zijn. Zij heeft voornamelijk gedraaid op het doorzettingsvermogen en het artistiek-inhoudelijke vakmanschap van bevlogen mensen. Vanuit een sterke overtuiging en gevoel van urgentie hebben zij vanuit het niets iets opgebouwd dat van groot belang is voor de stad. Met zeer beperkte middelen heeft The Black Archives jaar na jaar events en rondleidingen weten neer te zetten, terwijl men tegelijkertijd volop bezig was de organisatie ‘uit te vinden’ en het collectiebeheer op poten te zetten. De commissie heeft op grond daarvan het vertrouwen dat The Black Archives in staat is om de gestelde plannen uit te voeren. Wel vindt ze het noodzakelijk dat de organisatie beter wordt toegerust voor het vele werk dat ze doet. De beoogde personele uitbreiding, met name de aanstelling van een zakelijk leider, vindt de commissie dan ook noodzakelijk om slagkracht en vakmanschap te versterken.

De commissie vindt de bedrijfsvoering van The Black Archives zorgelijk. De organisatie kan financieel weinig tegenslagen opvangen. Continuïteit is bij een dergelijk ambitieus programma daardoor niet vanzelfsprekend. Ondanks het feit dat de risico’s aanzienlijk zijn, besteedt het ondernemingsplan daaraan geen aandacht. Uit de jaarrekeningen maakt de commissie op dat de organisatie beheerst met de budgetten omgaat. Wel laat de duidelijkheid van de financiële verslaglegging te wensen over, omdat op basis daarvan niet precies vastgesteld kan worden welke posten betrekking hebben op The Black Archives en welke op de overige activiteiten van de stichting New Urban Collective. Andere zwakke punten van de bedrijfsvoering zijn de structurele onderbezetting en de onderbetaling van medewerkers. Dat maakt de organisatie kwetsbaar en zet ook de uitvoerbaarheid van de plannen onder druk. De organisatie staat op een belangrijk kruispunt. De commissie onderschrijft de noodzaak tot professionalisering via sterke partnerschappen, een ruimere personeelsbezetting, meer vakmanschap op het gebied van bedrijfsvoering, financiën en marketing en een meer passende bezoldiging. De schaalsprong die de organisatie voor ogen heeft, is groot en brengt een behoorlijk risico met zich mee. De commissie is van mening dat het desondanks de beste optie is om te kiezen voor groei, gekoppeld aan organisatorische versterking. 

De commissie vindt de begroting niet op alle punten realistisch en passend. De begroting is net als het ondernemingsplan ambitieus en brengt risico’s met zich mee. Dat komt vooral omdat de grootste stijging bij een van de minst flexibele delen van de lasten zit, namelijk de personeelskosten. Als de organisatie meer personele verplichtingen op zich neemt en dan te kampen krijgt met financiële tegenvallers, heeft zij minder mogelijkheden om bij te sturen. De commissie vindt het niettemin verdedigbaar en zelfs noodzakelijk dat The Black Archives de organisatie en bemensing wil versterken. Het zijn juist de personeelslasten die tot dusver veel te laag waren in verhouding tot het activiteitenniveau. Het is te prijzen dat The Black Archives ondanks de eigen precaire financiële situatie medewerkers en deelnemende kunstenaars ‘fair’ wil gaan betalen. 
De commissie vindt de begroting aan de batenkant daarentegen erg voorzichtig. De inkomsten uit bijvoorbeeld private middelen zijn nogal pessimistisch ten opzichte van hetgeen de organisatie in 2019 wist binnen te halen. Omdat The Black Archives goed presteert en zich goed in de kijker heeft gespeeld, moet zij in staat zijn om meer inkomsten te verwerven en wellicht ook donateurs of vrienden aan zich te verbinden. Ook wat betreft de groei van het bezoekersaantal en het geraamde aantal activiteiten vindt de commissie de begroting conservatief. Gezien het feit dat veel evenementen de afgelopen jaren uitverkocht waren, de bekendheid van de organisatie alleen maar toeneemt en het plan uitgaat van professionalisering van de marketing, ziet de commissie ruimte voor meer groei in de inkomsten dan begroot.

De afgelopen periode heeft The Black Archives volgens de commissie laten zien goed in staat te zijn het beoogde publiek te bereiken. Er is sprake van een gestage groei van het publieksbereik. De commissie vindt het marketingplan echter summier. Zij is er niet van overtuigd dat de daarin beschreven voornemens volstaan om het beoogde publiek te bereiken. Het marketingplan is het best uitgewerkt en daardoor het meest overtuigend wat betreft de doelgroep ‘urban youth’, waarvoor de organisatie samenwerkt met passende en professionele partnerorganisaties zoals OneWorld.nl, De Correspondent en FunX. De aanpak voor het hedendaagse kunstpubliek is nog vrij algemeen beschreven en overwegend gericht op de Nederlands-Surinaamse media. De oudere generatie wordt beschreven als belangrijke doelgroep, maar de aanvraag maakt niet duidelijk welke aanpak men concreet voor ogen heeft om deze groep te betrekken. Hetzelfde geldt voor nieuwe doelgroepen behorend tot de Afrikaanse diaspora, zoals de Ghanese, Nigeriaanse en Kaapverdische gemeenschappen. De aanstelling van een marketingmanager is onderdeel van de beoogde professionalisering. De commissie vindt dit een verstandige keuze die mogelijkheden biedt om iets aan publieksonderzoek te doen en op basis daarvan verbeteringen door te voeren in de aanpak van de marketing en communicatie.


Diversiteit en inclusie 

De commissie beoordeelt de bijdrage aan diversiteit en inclusie als zeer goed. 
De wens om culturele diversiteit in te brengen in het dominante witte en westerse culturele narratief is de bestaansreden en de essentie van The Black Archives. De missie van de organisatie - het zichtbaar maken van de verborgen Caribische, Surinaamse en Afrikaanse geschiedenis - is bepalend voor de programmering. Die is breed en omvat zowel heden als verleden, zowel beeldende kunst als literatuur en zowel debat als educatie, steeds met een nadrukkelijke focus op de eigen identiteit en cultuur van ‘zwarte’ Nederlanders. Doordat de organisatie als partner betrokken is bij diverse culturele instellingen en ook die bewust maakt van het belang van de zwarte en gedeelde geschiedenis, reikt het effect op de diversiteit van het aanbod in de stad verder dan de eigen activiteiten. Voor de komende periode wil The Black Archives de blik voorbij zijn Afro-Surinaamse roots verbreden naar de Afrikaanse diaspora. De commissie concludeert dat The Black Archives hiermee in artistieke zin bijdraagt aan de culturele diversiteit van het Amsterdamse cultuuraanbod.

The Black Archives slaagt er goed in om een cultureel divers publiek te interesseren voor zijn activiteiten. De organisatie richt zich op een brede doelgroep: jongeren, ouderen, cultuurliefhebbers en mensen uit de Surinaamse, Afrikaanse en Caribische gemeenschappen. Door haar consequente inhoudelijke focus en de sterke verwevenheid met Surinaamse en Caribische gemeenschappen, vindt zij bij een groot deel van deze doelgroep vrij makkelijk aansluiting. In de relaties met de andere doelgroepen, waaronder die uit de Afrikaanse diaspora, zal nog geïnvesteerd moeten worden. In de voorgaande jaren heeft de organisatie laten zien dat zij succesvol is in de samenwerking met scholen. In relatie tot doelgroepen zonder Afrikaans-Caribische achtergrond en in de samenwerking met gevestigde culturele partners zoals het Rijksmuseum en het Amsterdam Museum legt The Black Archives de nadruk op de gedeelde geschiedenis vanuit verschillende perspectieven. De commissie vindt dat belangrijk omdat het bij kan dragen aan de dialoog over het beladen verleden en de doorwerking daarvan in het heden.

De culturele diversiteit van de bij de organisatie betrokken mensen is voor The Black Archives een vanzelfsprekendheid. De commissie constateert dat zowel het bestuur als het personeel en de vrijwilligersgroep van The Black Archives zeer divers zijn samengesteld. Bij de werving van nieuwe mensen wordt rekening gehouden met culturele en andere vormen van diversiteit.


Conclusie

De commissie adviseert de aanvraag van Stichting New Urban Collective te honoreren met het gevraagde subsidiebedrag van € 200.000 per jaar. De financiële risico’s die gepaard gaan met de personele uitbreiding van The Black Archives zijn aanzienlijk. Daar staat tegenover dat de instelling in korte tijd veel tot stand heeft weten te brengen met een minieme bezetting. De organisatie heeft het aangevraagde bedrag nodig om een volgende fase in te kunnen gaan. De commissie benadrukt dat de organisatie de komende jaren zal moeten investeren in organisatieontwikkeling, professionalisering en vooral in zakelijk vakmanschap. De eigen inkomsten moeten flink omhoog om de organisatie financieel gezonder te maken. De commissie adviseert om aan de honorering de verplichting te verbinden om na twee jaar, uiterlijk op 31 december 2022, een (evaluatie)rapport in te dienen bij het AFK, waaruit blijkt:
-    dat de organisatie is versterkt en geprofessionaliseerd;
-    dat The Black Archives een strategie met verschillende risicoscenario’s heeft voor het opvangen van tegenvallers in de exploitatie.

De aanvraag is beoordeeld binnen de adviescommissie Erfgoed. Daarbij is gebruik gemaakt van een co-advies van de commissie BFNA.